Diatomiet, ook wel diatomeeënaarde genoemd, is een natuurlijk voorkomend kiezelgesteente dat voornamelijk bestaat uit de gefossiliseerde resten van oude diatomeeën, een soort microscopisch kleine, eencellige algen. Deze algen hebben kiezelhoudende schelpen die, wanneer ze sterven, zich ophopen op de bodem van waterlichamen en na verloop van tijd geologische processen ondergaan om diatomietafzettingen te vormen.
De belangrijkste chemische samenstelling van diatomiet is SiO2, dat vaak meer dan 80% van de inhoud uitmaakt, met sporen van andere oxiden zoals Al2O3, Fe2O3, CaO, MgO en organische onzuiverheden. De unieke fysieke eigenschappen omvatten een hoge porositeit (tot 90%), een groot specifiek oppervlak en een sterke adsorptiecapaciteit, die worden toegeschreven aan de microporeuze structuur.
Diatomiet is lichtgewicht, zacht en poreus, met een verscheidenheid aan kleuren variërend van wit tot grijswit, lichtgeel of zelfs lichtbruingrijs. Het heeft een hoog smeltpunt, chemische stabiliteit en is onoplosbaar in zoutzuur maar oplosbaar in alkaliën.
Vanwege zijn uitzonderlijke eigenschappen wordt diatomiet veel gebruikt in verschillende industrieën. In de landbouw dient het als een natuurlijke meststof en bodemverbeteraar, en verbetert het de bodemstructuur, luchtdoorlatendheid en waterretentie. In de bouwsector wordt het gebruikt als een isolerend en warmtebehoudend materiaal vanwege zijn goede thermische isolatie en hygroscopiciteit. Daarnaast is diatomiet een ideaal filtermedium bij waterbehandeling, dat zwevende vaste stoffen, zware metaalionen, bacteriën en organische verontreinigende stoffen kan verwijderen.